Jan Frits de Gans is nu bijna 1 jaar hoofdcoach bij De Amstel. Tijd voor een terugblik op het afgelopen jaar en een vooruitblik naar de komende tijd, want komend weekend is de aftrap van het nieuwe wedstrijdseizoen.
Misschien eerst even voorstellen. Jan Frits is zijn roeicarrière pas op latere leeftijd begonnen toen hij 25 of 26 was. Hij kwam uit het schaatsen. Via zijn vriendin kwam hij bij Poseidon terecht, waar hij instructie kreeg van de latere bondscoach Susanna Chayes. Wat hem aantrok was de geur van het water. Hij werd vele malen Nederlands kampioen in de lichte skiff en in de dubbeltwee en roeide wereldkampioenschappen in de dubbeltwee met Bart Breuk. Best wel bijzonder, zo laat met roeien begonnen en toch de top gehaald. Wel altijd kleine nummers, want in grotere nummers was hij door gebrek aan ervaring en zijn leeftijd lastiger inpasbaar. In zijn visie is het daarom essentieel om jong te beginnen. Maar er zijn altijd uitzonderingen die de regel bevestigen….
Sinds een aantal jaren coacht hij bij De Amstel.
Volgens Jan Frits zijn er niet zoveel verschillen met wat hij voorgaande jaren al deed. Maken van schema’s en opzetten van wie, wat, waar in de grote groep. Nu alleen wat concreter.
De groep Amstelmeiden is onder zijn bezielende leiding (en die van Wim Koopman en Bart Breuk) toonaangevend in Nederland. Phaedra van der Molen is de onbetwiste top, maar natuurlijk zijn er ook al veel andere meiden doorgedrongen tot de Nederlandse top, met uitzendingen naar WK Junioren en Coupe de la Jeunesse.
Waar Jan Frits in het afgelopen jaar vooral heel tevreden over is, is de hechte band en ploegvorming van de Amstelmeiden. Het is een homogene groep die echt voor elkaar door het vuur gaat. De scores van de meiden op de ergometer zijn aanzienlijk verbeterd en door de vele skifftrainingen is de techniek op een hoog peil gebracht. De visie van Jan Frits is dat een goede skiffeur ook in alle andere nummers makkelijk inpasbaar is. Dat is zichtbaar in de successen in de dubbelvier en acht.
Skiffen vindt niet iedereen even leuk, ‘soms is het een worsteling’ maar het helpt heel erg voor de techniek, ‘je hebt het nodig’.
Wat hij tot zijn spijt nog niet heeft kunnen bereiken is het verbeteren van het niveau van de jeugdinstructie. Met name consistentie en goede planning in de instructie; ‘wat wil je met de roeihaal’, ziet hij als belangrijk. Het geven van een duidelijker beeld aan de instructeurs waar we met zijn allen naartoe willen. Dit is een punt dat hij wil intensiveren, maar het zelf coachen heeft dat nog verhinderd.
Hij is een perfectionist, die toch de zaken graag onder controle houdt. Door het wegvallen van Jacques Klok voor de ergometertrainingen heeft hij dat deels zelf opgepakt. Coaches moeten in zijn visie regelmatig beschikbaar zijn en niet af en toe. Dit om de continuïteit te waarborgen en om ontwikkelingen goed te zien. Het vinden van coaches die structureel iets willen doen blijft een probleem.
Er is een grote groep meiden, waarom geen jongens? Volgens Jan Frits zijn jongens vaak wat lastiger te bereiken. In het verleden is het een paar keer minder gelukt met de jongens, waardoor jongens eerder naar Willem III gaan. Als dat een keer niet gelukt is, krijg je zo’n naam. Als er eenmaal een basis zou zijn, zou het best goed moeten kunnen lukken. Ook hebben jongens wel iets dat ze altijd sneller willen zijn dan meisjes, maar dat dat op deze leeftijd nog niet altijd lukt. Er is nu een aantal jongens, dus Jan Frits gaat kijken of hij ook daar een homogene groep van kan maken. En in de toekomst een homogene groep van jongens en meisjes.
Hopelijk komt er een continue doorstroom vanuit de jeugd naar het wedstrijdroeien. Coaches daarvoor zouden ook moeten meegroeien uit de jeugdinstructie. Hij denkt daarvoor aan een instructiecursus voor de jeugdcoaches, of een lang weekend instructie aan de jeugdcoaches. Dat vergroot waarschijnlijk ook de betrokkenheid.
Uiteraard vertrekken veel juniorroeiers naar studentenverenigingen, maar we zien langzamerhand ook veel meiden en jongens terugkomen. Hopelijk kunnen die ook worden betrokken bij het coachen.
Als er weer ploegjes zijn gemaakt voor Head en Heineken wil Jan Frits ook weer coachmomenten voor de veteranen organiseren. Hij ziet het als zijn taak ook voor senioren en veteranen af en toe coachmomenten te organiseren als die veteranen dat willen.
Jan Frits ziet het realiseren van een krachtruimte op de vereniging als essentieel. Niet alleen voor de jeugd is dat belangrijk om de achterstand die er nu is in vermogen weg te werken, maar ook voor alle andere groepen is het belangrijk. Ook ouderen kunnen erg profiteren van krachttraining. De Amstel kan op die manier een totaal plaatje aanbieden; roeien, ergometer, krachttraining.
Het draagt ook bij aan het collectieve gevoel om samen als ploeg te trainen. Zeker als je het organiseert met tweetallen. Het hoeft niet te lang te duren, een half uur of drie kwartier per keer kan meer dan genoeg zijn. Het staat of valt wel bij begeleiding, zeker in het begin. Daar ziet Jan Frits een taak voor Cees Vente en zichzelf. Goede duidelijke instructies en schema’s.
Kracht is niet het enige bij roeien, de roeitechniek is de basis, maar krachttraining helpt heel erg om beter en sneller te roeien.
Kortom al mooie resultaten in het afgelopen jaar, maar nog veel plannen, waarbij Jan Frits de steun van de leden kan gebruiken.